De Grinch van Oud & Nieuw

Dat ik een hekel heb aan oud & nieuw en alles wat daaromheen gebeurt, is iets waaraan ik slechts één keer per jaar word herinnerd. Het zou best in het lijstje van gekke weetjes over mijzelf kunnen passen, mocht ik er ooit één opstellen.

Na het verhaal van oud & nieuw zou dan komen te staan dat ik mijn planten namen geef en af en toe tegen hen praat. Echter is het niet zo dat ik lange gesprekken met Florence of Athena kan hebben. Planten in leven houden is helaas, samen met een goed humeur hebben op oudejaarsdag, iets wat een vrijwel onmogelijke taak is voor mij.

Oké, toegegeven is dat laatste een tikkeltje overdreven. De laatste dag van 2020 verliep goed, gelukkig. Een goed humeur zat er wel in, want ik had net drie appelbeignets met nét iets teveel poedersuiker bestrooid en daarna naar binnen gewerkt terwijl ik bij mijzelf dacht dat de tradities op oudejaarsdag nog zo slecht niet zijn. En, zoals ik net al schreef, ik word slechts één keer per jaar herinnerd aan mijn niet-bestaande lijstje met gekke weetjes over mezelf en daarmee ook aan het feit dat ik oud & nieuw echt super stom vind. Waarom ik deze internationale feestdag zo stom vind, weet ik zelf ook niet zo goed. Mijn familie noemt mij ook wel de Grinch van oud & nieuw. Het feest is namelijk echt zo verkeerd nog niet, maar alsnog zit ik de hele dag met mijn armen gekruist, roepend dat het in Nieuw-Zeeland al volgend jaar is en dat tijd niet echt is en opblijven toch geen zin heeft. Het is dus niet erg gezellig om samen met mij het nieuwe jaar in te gaan.

Gelukkig dachten mijn ouders, zusje en vriend daar anders over. Zij weten allang dat ik het aftellen, proosten en de knallen niet leuk vind en besloten een simpele avond te houden. Deze simpele avond omvatte (bord)spelletjes, glühwein, een deel van de oudejaarsconference op RTL4 en zelfgemaakte oliebollen en appelbeignets met poedersuiker. Om vijf voor twaalf ‘s avonds stonden wij in de tuin om bij de haard met onze plastic champagneglazen te proosten op het nieuwe jaar. De behoefte om anderen een berichtjes te sturen wanneer de klok in Nederland twaalf uur heeft geslagen, heb ik niet echt. Begrijp me niet verkeerd, dit betekent niet dat ik niemand een goed en gezond nieuwjaar toewens. Voor mij is 1 januari gewoon niet anders dan 27 oktober. Of 12 april. Of 5 augustus. Je snapt me wel.

Toen ik 1 januari om half één wakker werd (ik lag die nacht om vier uur in mijn bed) besefte ik al gauw dat mijn tijdlijn vol zou staan met posts over het nieuwe jaar. Gelukkig bestond het merendeel van mijn tijdlijn uit vrolijke, leuke foto’s van champagne en mooie jurkjes met sterretjes in de hand. Toen ik echter één post tegenkwam met ‘new year, new me!’ heb ik Instagram afgesloten en voor de rest van de dag niet meer geopend.

Natuurlijk kan ik mijn redelijk negatieve houding opgeven. Dat ik champagne drinken uit een plastic glas, tot laat opblijven, elkaar geluk en gezondheid toewensen en naar vuurwerk kijken (maar toch wel een beetje boos zijn op diegenen die het afsteken) niet leuk vind, congrueert niet bepaald met het feit dat ik het mooie en leuke inzie in zoveel om mij heen. Maar ondanks die incongruentie is er toch iets in mij dat zegt dat het nieuwe jaar een onzinnige constructie is en 1 januari niet anders is dan 27 oktober, 12 april of 5 augustus.

Ondanks dat er voor mij op 1 januari niets nieuws begint, zou ik het nieuwe jaar best met anderen kunnen vieren. Want door mijzelf af te sluiten op 31 december, steel ik oud & nieuw eigenlijk alleen voor mezelf.  Misschien wordt het toch eens tijd om het terug te geven dit jaar.