Gefeliciteerd, je hebt een angststoornis!

Zodra ik mij in een sociale setting bevind, sta ik op scherp. Ik overanalyseer, denk (te) veel na en ben me extreem bewust van mezelf en de mensen om mij heen. Maar ook buiten de sociale setting maak ik me veel zorgen, pieker ik veel en blijf ik terugkomende negatieve gedachtes hebben die mijn zelfvertrouwen elke keer weer omlaag weten te halen.

Wanneer mijn klachten precies begonnen zijn, weet ik niet. Wel weet ik dat ik op mijn elfde voor het eerst bij een psycholoog terechtkwam, en op mijn vijftiende terugging wegens terugkerende klachten. Ik had een gegeneraliseerde angststoornis met sociale fobie en een paniekstoornis. Het verklaarde veel: blijkbaar was het niet vanzelfsprekend om constant negatieve gedachtes te hebben en extreem onzeker te zijn over hoe je eruit ziet, praat, loopt, of lacht. Paniekaanvallen had ik toen ik zestien was bijna elke dag en naar mijn lessen gaan deed ik niet meer. Gelukkig werd ik opgevangen op school zelf waardoor ik geen absenties op mijn naam kreeg te staan. Echter had slechts een klein aantal docenten begrip voor mijn situatie. Ondanks dat ik in de vierde en vijfde klas zo’n 95% van mijn lessen heb gemist en tevens tegen iedereens verwachting in, ben ik geslaagd. Die tijd had ik gevoelens van opluchting, maar ook nervositeit: ik had deze vervelende periode eindelijk afgerond, maar dat betekende ook dat er een nieuwe fase voor de deur stond.  

En die nieuwe fase kwam in de vorm van een nieuwe studie die, opnieuw tot iedereens verwachting inclusief de mijne in, behoorlijk goed ging. Het sociale aspect dan. Mijn cijfers gingen helaas niet zo goed. Maar dat maakt achteraf gezien eigenlijk niet zoveel uit. 

Maar goed, dit blog gaat niet over mijn studies, maar over mijn mentale gezondheid. Een gegeneraliseerde angststoornis gaat verder dan alleen sociale angst: het betekent in mijn geval dat ik overmatig pieker, nadenk en mij zorgen maak over dingen die anderen sneller en makkelijker kunnen loslaten. Ik ben me erg bewust van mezelf en mijn omgeving, vraag me constant af of ik niet raar gevonden word. En alhoewel ik daarvoor nooit concreet bewijs kan vinden, ben ik er toch telkens van overtuigd dat anderen negatief over mij denken. Een laag zelfbeeld hoort hier voor mij ook bij, iets waar ik al jaren mee worstel. 

Daarbij sta ik constant op scherp wanneer ik mij in een sociale setting bevind. Ik observeer en constateer de sociale normen en houd deze constant in mijn achterhoofd. Is het oké om mijn armen op deze manier op tafel te leggen? Moet ik wachten met drinken of kan ik alvast een slok nemen? Zal ik even wegkijken of het oogcontact nog even langer volhouden? Zal ik een koekje pakken of wachten tot de ander dat eerst doet? Mijn sociale batterij raakt ontzettend snel leeg omdat sociale interactie voor mij niet alleen gezellig, maar ook heel vermoeiend kan zijn. Het gevoel dat ik kan ontspannen, heb ik pas wanneer ik weer alleen ben, en dat is lastig.

Bij mijn angst komen ook paniekaanvallen kijken. Gelukkig heb ik al een tijd geen paniekaanval meer gehad (alhoewel ik nog wel regelmatig met angstaanvallen kamp), maar de tijd dat ze regelmatig voorkwamen was erg moeilijk. Zoals bij een paniekaanval gebeurt, reageert mijn lichaam op een bedreigende situatie die er eigenlijk niet is. Mijn ademhaling wordt onregelmatiger en gaat daarbij soms ook over in hyperventilatie; mijn lichaam trilt; mijn hart klopt steeds sneller; ik krijg moeite met slikken. Wanneer ik eenmaal wegloop van de situatie en mij weer veilig voel, komen de tranen. Je kunt je misschien voorstellen dat de middelbare school een onveilige omgeving voor mij werd nadat ik een aantal keren een klaslokaal uit was gelopen en vervolgens mijn angst uithuilde in de toiletten. 

Tijdens mijn therapie heb ik geoefend met het confronteren van mijn angsten, ook wel exposure therapie genoemd. Alhoewel ik deze vorm van therapie niet altijd fijn vond om te doen, heeft het wel geholpen. Toch heb ik meer baat bij het achterhalen van de kern van mijn angsten, dan ze zomaar te confronteren, daar ik meer een denker ben dan een doener. Daarom lees ik veel en ben ik veel bezig met zelfcompassie, mindfulness en schrijven. Zelfcompassie houdt in dat ik weet dat het oké is dat ik angstig ben; het is  oké om niet oké te zijn. Het mag er zijn. Dankzij mindfulness heb ik geleerd om aanwezig te zijn in het moment zelf. Wanneer mijn angsten en gedachtes alle kanten opvliegen, is het fijn om even stil te staan, adem te halen en terug te komen in het heden. Behalve blogs en gedichtjes schrijf ik ook over mijn angsten, puur om van mij af te schrijven en om erachter te komen waar mijn angsten precies vandaan komen. 

Mijn angsten hebben gezorgd voor dagen waarop ik mijn bed niet uit kwam. Ze hebben gezorgd voor veel verdriet en hartkloppingen. Ze hebben gezorgd voor het vermijden van situaties en plekken. Ze hebben gezorgd voor weinig energie op dagen waarop ik het juist nodig had. 

Maar ze hebben mij ook een spiegel voorgehouden. Dankzij hen kan ik reflecteren, nadenken, afleiden en constateren. Dankzij hen heb ik geleerd hoe ik voor mezelf kan zorgen, hoe ik mijn grenzen kan aangeven. En boven alles: zonder hen had ik mijzelf nooit kunnen ontwikkelen zoals ik dat gedaan heb en nog steeds blijf doen. 

Want zo’n drie jaar geleden was ik ervan overtuigd dat het niet meer zou goed komen. Dat ik paniekaanvallen zou blijven houden. Dat ik nooit alleen zou durven reizen of naar de supermarkt kon gaan. Dat ik het schooljaar niet zou halen, omdat ik de lessen niet meer volgde. 

Tegenwoordig heb ik mijn angsten geaccepteerd, ik zou zelfs willen zeggen dat ze mijn kracht zijn. Ik weet waar ik angstig van word en hoe ik ermee om kan gaan. Na een dag sociale interactie plan ik een rustdag in. Ik weet dat het oké is om me even slecht te voelen, zolang ik het de volgende dag weer opnieuw probeer. Ik had nooit gedacht dat ik kon leven met mijn angststoornis, maar het heeft me zoveel geleerd. Ik ken mezelf en mijn angsten, ik weet wat ik kan doen en hoe ik met mijn stoornis om kan gaan. Want verdwijnen zullen ze niet. Het enige wat ik kan doen, is ze accepteren en er van leren. En dat is precies wat ik heb gedaan en zal blijven doen. 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.